“Papa, wil je met me spelen?”, met haar allerliefste stemmetje probeert de jongste hem te verleiden. Ik zie mijn man kort opkijken om te zien waar ze mee bezig is. Ze heeft waarschijnlijk een maatje nodig bij de theevisite van haar poppenharem. Ze kent het antwoord eigenlijk al, toch probeert ze het. ‘Nee lieve schat, met poppen kun je zelf spelen. Ik ga even door met opruimen. Straks wil ik je wel voorlezen of samen een kruiswoordraadsel doen?’ Ik hoor alleen het eerste deel van zijn gedecideerde antwoord en woest vlammend kolkt de woede door mijn aderen. Hij wijst mijn kind af, au, dat doet pijn. Hoe vaak heb ik niet de taart aangesneden voor de poppen en eindeloos chirurgje en patiënt gespeeld. Alsof dat míjn grootste hobby is zeg, ik weet ook wel leukere dingen te doen. ‘Blijf rustig’, spreek ik mezelf vermanend toe, ‘nu niet op haar afsnellen om het goed te maken. Dat is ondermijnend voor alles en iedereen. En nee, ook niet gauw wat drinken en een koekje klaarmaken.’

Ik weet dat we het eigenlijk eens zijn, al brengt hij het wat botter dan ik dat zou doen. Allebei hangen we in volle overtuiging de liefdevolle verwaarlozing aan als het over spelen gaat. Spelen is dus iets dat ze zelf of met vriendjes doen. Zodra ze het geleerd hebben natuurlijk. Want van een tweejarige kun je niet verwachten dat hij zichzelf urenlang bezighoudt. Maar een zevenjarige hoeven we dus niet de hele dag te entertainen, die moet – eventueel met wat hulp – zelf haar draai kunnen vinden.

Kinderen zijn nestblijvers. We beschermen en voeden ze jarenlang en ze hebben veel tijd nodig om ons na te bootsen, mee te doen en het zelf te leren. Het is aan ons om ze groot te brengen. Dus nu de oudste negen is gaan we samen gezellig shoppen. Zodat ze en passant leert hoe je dat doet, en dat shoppen geld kost, en dat je je geld maar één keer kunt uitgeven. En later doet ze dat met haar vriendinnen. Voordoen, samendoen, zelf proberen, loslaten. Telkens weer een stukje zelfstandiger. Telkens weer wat meer loslaten. Zodat die nestblijvers op een dag nestvlieders worden. Zoals het hoort, ook al doet het telkens weer een beetje pijn.

Er zijn 8 reacties

  1. coby

    Avatar van coby
    Prachtige illustratie, in beeld en woord van wat je duidelijk probeert te maken en hoe dat voelt. Ondanks dat het een contradictie lijkt, snap ik heel goed wat je bedoelt met liefdevolle verwaarlozing. Terwijl het woord verwaarlozing voor mij zo’n totaal andere lading kent….

    hartelijke groet, Coby

  2. MetaMama

    Avatar van MetaMama
    Dank je Coby en fijn dat je je niet liet misleiden door de titel. De connotaties die jij hebt, heb ik uiteraard ook, dat maakt het een spannende term. Maar als tegenwicht voor de hypermoeders is het toch precies wat ik bedoel. Mét het schrijnende gevoel dat daarbij hoort bovendien.

  3. MetaMama

    Avatar van MetaMama
    Oef Lisette, je doet me blozen en ik ben erg blij met je compliment!

    dag Anna, ‘zo ontzettend kwaad’ ben ik nou ook weer niet, het zijn van die opvlammende emoties die wat mij betreft horen bij het ouder(s)-zijn. Verknoopt gevoel dat gaat over de balans van aantrekken/afstoten, en hoe je uit liefde moet (kunt) loslaten. Is dat erg onduidelijk? Dan moet ik er misschien nog ’s een blogje aan wagen ;-)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *